Wat zijn antistoffen?

Antistoffen zijn eiwitten die het afweersysteem aanmaakt om lichaamsvreemde ziekteverwekkers, zoals virussen en bacteriën, onschadelijk te maken. Bij NMOSD en MOGAD richten bepaalde antistoffen zich echter tegen onderdelen van lichaamseigen weefsel in het centrale zenuwstelsel.

Er zijn twee belangrijke soorten antistoffen:

  1. AQP4-antistoffen
    • Voluit: aquaporine-4-antistoffen
    • Deze antistoffen richten zich tegen een eiwit (aquaporine-4) op de cellen rond de bloed-hersenbarrière en zenuwen (astrocyten).
    • Ze zijn aanwezig bij personen met NMOSD.
  2. MOG-antistoffen
    • Voluit: myelin oligodendrocyte glycoprotein-antistoffen
    • Deze antistoffen richten zich tegen een eiwit in de beschermende laag (myeline) rond zenuwen.
    • Bij aanwezigheid van MOG-antistoffen spreken we van MOGAD. Deze aandoening heeft een ander ziekteverloop, andere ziektemechanismen en een andere behandeling en prognose dan NMOSD met AQP4-antistoffen. 

Waarom en hoe testen op deze antistoffen?

Waarom is het testen op antistoffen belangrijk?

Testen op AQP4- en MOG-antistoffen bevestigt respectievelijk de diagnose NMOSD of MOGAD en helpt om deze aandoeningen te onderscheiden van MS.

Hoe wordt getest op antistoffen?

  • Met een bloedtest: het bloed wordt onderzocht op AQP4- en MOG-antistoffen.
  • Via een lumbaalpunctie: ook het hersenvocht wordt soms getest op aanwezigheid van AQP4- en MOG-antistoffen. 

De uitslag is soms al binnen enkele dagen bekend, maar het kan ook langer duren omdat gespecialiseerde laboratoria het onderzoek uitvoeren.

Wat als er geen antistoffen teruggevonden worden? 

Als er geen antistoffen aanwezig zijn, spreken we over seronegatieve NMOSD. Soms worden antistoffen ook gemist, bijvoorbeeld als een test gebeurt na behandelingen of met een minder gevoelige test. Daarom wordt het onderzoek op antistoffen soms herhaald, zeker als er een nieuwe aanval optreedt. Mogelijk worden er in de toekomst nog nieuwe antistoffen ontdekt. 

Andere ziekten samen met NMOSD

Personen met NMOSD en AQP4-antistoffen lijden vaak ook aan andere auto-immuunziekten, zoals de ziekte van Sjögren of SLE (systemische lupus). Verder komen auto-immuunaandoeningen van de schildklier (bv. ziekte van Hashimoto) vaker voor.