Hernemen van activiteiten als werknemer tijdens arbeidsongeschiktheid

Het hernemen van activiteiten als werknemer tijdens je arbeidsongeschiktheid

Als je als werknemer na een periode van ziekte het werk terug wilt hervatten maar aanvoelt dat het niet haalbaar is om je activiteiten weer volledig op te nemen, bestaat er de mogelijkheid om, mits toestemming van de adviserend arts van je ziekenfonds, je werkzaamheden gedeeltelijk terug op te nemen. Je blijft arbeidsongeschikt, maar krijgt toestemming om het werk voor een deel te hervatten. Op die manier behoud je naast het loon voor de gepresteerde uren ook (een deel van) de ziekte-uitkering.

Hoe aanvragen?

  • Vooraleer het werk gedeeltelijk te hervatten vraag je hiervoor schriftelijk de toestemming bij de adviserend arts van je ziekenfonds. Het daarvoor bestemde formulier vind je terug op de website van je ziekenfonds. Kijk na of je de aanvraag eventueel via jouw persoonlijke digitale toegang kan indienen. Je ziekenfonds moet het ingevulde document uiterlijk de laatste werkdag vóór je effectieve werkhervatting ontvangen. Je hebt vooraf dus niet de toestemming nodig van de adviserend arts, maar je moet wel tijdig de aanvraag doen.
  • Wijzigt het toegelaten aantal uren en/of de toegelaten dagen waarop je werkt, dan moet je steeds een nieuwe aanvraag bij je adviserend arts indienen. Werken in een variabel werkschema kan ook.
  • Op het moment van de aanvraag moet je natuurlijk ook een akkoord met je werkgever hebben. Je moet echter je arbeidsovereenkomst niet laten wijzigen.

Hoe wordt de uitkering van het ziekenfonds bij toegelaten arbeid berekend?

Bij de berekening van de uitkering die je naast je loon ontvangt, baseert men zich op het aantal gepresteerde uren. Afhankelijk van het aantal uren dat je het werk hervat, wordt mogelijk een deel van je uitkering ingehouden.

Bij volledige arbeidsongeschiktheid bedraagt de uitkering het eerste jaar ziekte 60% van het brutoloon. Na 1 jaar ziekte kom je op invaliditeit terecht en bepaalt de gezinssituatie het percentage, nl.

  • 65% van het brutoloon indien je gezinshoofd bent.
  • 55% als je alleenstaande bent.
  • 40% indien je samenwoont (afhankelijk van een aantal grensbedragen).

Hervat je gedeeltelijk het werk, dan zal naargelang het percentage waarmee je het werk hervat, een deel van je ziekte-uitkering worden ingehouden. Concreet:

  • Je werkte voltijds en je hervat het werk met één dag in de week (20%), dan behoud je je volledige ziekte-uitkering. Je ontvangt dus loon voor 1 dag en daarnaast ontvang je, bijvoorbeeld tijdens het eerste jaar arbeidsongeschiktheid, 60% van je brutoloon.
  • Je hervat het werk met 40%, dan ontvang je nog 80% van je uitkering.
  • Je hervat het werk met 50%, dan ontvang je nog 70% van je uitkering.
  • Je hervat het werk met 60%, dan ontvang je nog 60% van je uitkering.
  • Je hervat het werk met 80%, dan ontvang je nog 40% van je uitkering.
  • Ben je niet langer arbeidsongeschikt en hervat je het werk volledig, dan ontvang je geen ziekte-uitkering meer.

 

Andere weetjes

  • Je werkgever zal maandelijks aan het ziekenfonds moeten doorgeven hoeveel uren je de afgelopen maand hebt gewerkt en hoeveel uren je afwezig was omwille van bijvoorbeeld ziekte, tijdelijke werkloosheid of vakantie.
  • Een voordeel voor de werkgever bij dit systeem is dat je bij een volledige afwezigheid op het werk door ziekte direct terugvalt op je ziekte-uitkering en je werkgever geen gewaarborgd loon meer moet betalen. Je bent immers nog steeds arbeidsongeschikt.
  • De regeling van toegelaten arbeid kan ook worden toegepast indien je tewerkgesteld bent bij een overheidsdienst maar niet vastbenoemd bent en je dus niet kan terugvallen op de ziekteregeling voor ambtenaren. Tenminste als ook hier je werkgever akkoord gaat.

 

Dit is een belangrijke tewerkstellingsmaatregel voor werknemers. Daarnaast is er ook de Vlaamse ondersteuningspremie (VOP) die een duwtje in de rug kan geven. Ook voor zelfstandigen bestaat er een systeem van toegelaten arbeid, daarover lees je hier meer.

Bij vragen kan je steeds terecht bij de sociale dienst van MS-Liga Vlaanderen (via 078 42 20 82 of via socialedienst@ms-vlaanderen.be).